top of page

Ontvangst door de kinderen

  • Foto van schrijver: Judith Gordon v. Bokhoven
    Judith Gordon v. Bokhoven
  • 7 sep 2017
  • 7 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 16 dec 2019


Iedere woensdagmorgen ga ik lekker mountainbiken met mijn vriendinnen, zo ook vanochtend. Het bos ligt vol blubber, hetgeen alleen maar de feestvreugde verhoogt. Midden in het bos gaat mijn telefoon en omdat ik de ringtone van Piet-Hein herken neem ik even snel op.

Piet-Hein: “Jud, kom je snel naar huis? Ik heb voor ons een rondleiding in Kasteel de Haar in Utrecht geboekt.”

Wat leuk! Een verrassing!

Dit wordt echt een topdag. Vanavond gaan we ook al met mijn zusje Suus en zwager Tal in Utrecht uit eten.

Mijn dag kan niet meer stuk.

Thuis ga ik snel douchen, eten en voor vertrek nog even de mails controleren. Er blijkt via Booking.com een reservering binnen te zijn gekomen voor vanavond in de Suite.

Aankomst 15.30 uur.

Oei.

Ik moet de klanten even inlichten dat we niet thuis zijn vanmiddag, maar dat ze worden ontvangen door onze zoon.

Ter verduidelijking, Jan en Tom ontvangen vaker klanten. Ze weten hoe alles werkt en kunnen op een keurige wijze de klant naar hun kamer brengen en uitleg geven.

Vooraf vragen we altijd of de klant zich aan de door henzelf aangegeven aankomsttijd wil houden, omdat we dan van die tijd uit gaan. We zijn een guesthouse, geen hotel. We hebben dus geen balie waar altijd iemand zit. Daarom moeten we een tijd afspreken.

Meestal ontvangt onze oudste, Jan, de klanten. Maar die moet trainen dus ik vraag de jongere – iets onstuimigere - Tom. Ook hij heeft dit al verschillende keren gedaan en de gasten vertelden ons achteraf dat hij het keurig deed, alles goed had uitgelegd. Bijna altijd krijgen de jongens fooi. Al vind ik het spannend, ik moet gewoon een beetje vertrouwen hebben.

Als wij in het verleden niet thuis waren, vroeg ik onze gastvrouw om te ontvangen. Maar het kwam geregeld voor dat ze vanaf 15.30 uur zat te wachten en de gasten uiteindelijk om 21.00 uur aan kwamen kakken.

Gasten: “Oh, moesten we op de aangegeven tijd komen? Ja, wij zijn eerst nog even een hapje gaan eten in Nijmegen.”

Dat klanten dat ook vaak bij ons doen is niet zo’n punt, wij zijn er toch. Maar als iemand ervoor bij ons op de bank moet gaat zitten wachten - bij de jongens - wordt het toch een beetje anders.

Om klanten een beetje “op te voeden” stuur ik ze daarom altijd een bericht waarin ik duidelijk uitleg waarom die aankomsttijd voor ons belangrijk is.

Desondanks komen gasten vaak als ze daar zin hebben.

“Wie betaalt, bepaalt” is een beetje de gedachte.

Ik kan ze daar ook niet helemaal ongelijk in geven, maar een beetje meedenken, zeker na uitleg, is toch ook niet te veel gevraagd?

Daarom zijn we sinds kort overgestapt op ontvangst door Jan of Tom, in het uitzonderlijke geval dat we allebei niet thuis zijn. Zo brengen we de kinderen ook een beetje arbeidsethos bij. Jan zit tenslotte in de derde van de middelbare, bij de HEMA word ik ook geholpen door zo'n blaag.

Enfin.

De dag is zalig. Het kasteel prachtig. Utrecht supergezellig en het restaurant behoort tot de beste van Utrecht dus dat belooft wat.

17.02 uur. In de auto op weg naar het restaurant krijg ik een belletje.

Klant: “We zijn nu in Nijmegen en wilde eerst even een hapje gaan eten. Dus het wordt wat later”.

Ik: “Fijn dat u even belt. Ik zal aan mijn zoon doorgeven dat u wat later komt. Als u aanbelt bij aankomst dan kan hij u verder naar uw kamer brengen. Voor nu smakelijk eten, wij gaan zo ook aan tafel”.

Voordat we bij ons restaurant naar binnen gaan bel ik Tom. Om de nieuwe aankomsttijd door te geven en om te vragen of alles onder controle is. Die andere gasten van 15.30 uur moeten er al lang zijn en ik heb niets van Tom gehoord.

Vaste lijn. Mobiele nummer. Facetime naar zijn iPad. Whatsapp bellen. Geen Tom.

Ik probeer dit een paar keer maar zonder succes.

Dus bel ik de oudere van de twee, die neemt wel op. Hij is nog net niet vertrokken naar zijn training.

Ik: “Waar is Tom?”

Jan: “Buiten voetballen”.

Ik: “Zeg even tegen Tom dat hij de telefoon bij zich moet houden. Gasten kunnen bellen. En zeg dat hij mij even moet bellen”.

17.10 uur. De telefoon gaat.

Tom: “Wat is er?”

Ik: “Je moet de telefoon wel bij je houden.”

Tom: “Waarom?” ik: “Omdat gasten kunnen bellen! En ik wil dat je mij belt als de gasten zijn geweest.”

Tom: “Waarom?”

Ik: “Omdat ik wil weten of alles goed is gegaan.”

Tom: “Pfff."

We gaan het restaurant binnen en nemen plaats.

De ober komt van alles toelichten over 15 jaar oude boter uit de Lioire en oesters die noch zoet noch zout zijn omdat bladibladiebla, maar ik zit al iets minder rustig.

Hij laat ook nog weten dat hij had doorgekregen dat één van ons een notenallergie heeft.

Wij ontkennen.

Ondertussen zijn ze dus iemand van een andere tafel aan het omleggen.

Kan Tom dit wel? Zal ik toch de gastvrouw bellen? Of zit die dan weer de halve avond op de bank te wachten voor Piet Snot?

Desalniettemin zijn de gerechten heerlijk en is het erg gezellig.

Rond 20.00 uur ga ik toch maar weer eens naar de gang van het restaurant, bellen. Ik heb natuurlijk niets van Tom gehoord.

Vaste lijn. Mobiele nummer. Facetime naar zijn iPad. Whatsapp bellen. Geen Tom.

Grrr.

Piet-Hein: “Jud, laat het los. Geen bericht is goed bericht. Dat gaat echt wel goed komen”.

Ik: “Maar het is acht uur! Die gasten moeten er toch al uren zijn!!”.

De volgende gang komt rond half negen.

20.32 uur. De telefoon gaat.

Ik loop van de tafel weg en ga – weer in de gang - het gesprek voeren.

Tom: “Mam, ze zijn er. Ik heb ze naar de kamer gebracht. Alles uitgelegd. Ze wilden ook nog pizza bestellen dus ik heb ze het nummer van Birzen in Cuijk gegeven en ze hadden verder geen vragen”.

Ik: “Fijn om te horen Tom. Goed gedaan kerel. En die andere gasten zijn er nog niet?”

Tom: “Nee.”

Ik ga terug naar mijn derde gang. Gelukkig heeft Tom het goed gedaan. Maar ik ben er toch minder gerust op. Waar blijven die mensen? Tom moet zo naar bed.

21.45 uur. De telefoon gaat.

Ik ren weer naar de gang.

Jan: “ God@#$%mme, ik kom net terug van de training, staan hier gasten! Waar is Tom?”

Ik: “Dat weet ik niet Jan. Kun jij het over nemen?”

Jan: “Jesus! Ja, ik doe het wel. Verdomme”.

Ik ga terug naar de tafel.

21.48 uur. Ik zit nog niet of de telefoon gaat.

Jan: “Die oetlul heeft mensen in de verkeerde kamer gezet!”

Ik: “Wat? Hoezo?”

Jan: “Ja, deze gasten hebben geboekt in de penthouse, en ik loop met ze naar de penthouse, zitten er al mensen in de penthouse!”

Ik: “okay Jan, rustig blijven. Ga naar het kantoor en kijk even wat er in het reserveringsboek staat. Daar staat wie in welke kamer zit.”

Jan: “Okay, ik bel je zo terug.”

Ik blijf in de gang. Terug naar de tafel heeft weinig nut.

21. 49 uur. De telefoon gaat.

Jan: “ Ja, ik heb het boek. De mensen in de penthouse hadden eigenlijk in de suite moeten zitten. Waarom laten jullie die sukkel dan ook ontvangen?”

(Jan zal geen kans voorbij laten schieten om zijn broer te dissen).

Ik: “ Jan, schelden heeft nu geen zin, nu moeten we het oplossen. Geef mama maar even die meneer aan de telefoon.”

Jan: “Die is nog buiten. Ik zal wel met hem praten. Hij is heel boos en ontevreden en wil compensatie.”

Door mijn hoofd schiet de gedachte :”Zo, zo, moeilijk woord Jan. Normaal gesproken willen die woordjes Nederlands niet zo…”

Ik: “We kunnen die eerste mensen niet uit de penthouse halen. Die liggen er al, bovendien is het bed al vies en zo dus je moet die nieuwe mensen maar naar de suite beneden brengen. Die heeft precies dezelfde faciliteiten en nog een biljartkamer erbij. En bied ze maar excuses aan en een gratis uitgebreid ontbijt van het huis.”

Jan: “Okay, ik ga het regelen.”

Ik loop terug naar de tafel.

Doe verslag en baal als een stekker.

Het eten smaakt me bijna niet meer.

Arme Jan. Die wordt wel even voor een uitdaging gesteld.

Piet-Hein zegt dat hij hier veel van zal leren. Wordt hij volwassen van.

21.53 uur. De telefoon gaat.

Ik ren weer naar de gang.

Jan: “Mam, ze nemen geen genoegen met een uitgebreid ontbijt. Ze willen financiële compensatie anders rijden ze naar huis. Die meneer is helemaal over de zeik. Hij vind de service echt waardeloos. Hij gaat anders naar een ander hotel. Hij is hier met zijn date. Hij blijft maar schreeuwen.”

Ik: “Goed Jan, biedt ze maar 50% korting aan, okay?”

Jan: ”Goed, ik ga het proberen.”

Ik ga weer terug naar de tafel.

Het toetje komt.

Ik geloof niet dat ik echt iets proef.

Volgens de rest is het goddelijk.

22.03 uur. De telefoon gaat.

Ik ga naar de gang.

Jan: “Ze gaan akkoord. Ze zitten nu in de suite. Ik heb het geld op jullie bed gelegd en ga nu zelf slapen. Ik ben kapot.” Ik: “Goed gedaan lieverd. Ik ben echt trots op je. Je hebt het heel volwassen opgelost. Waar is Tom?”

Jan: “Op zijn kamer. Die eikel slaapt.”

Op de weg naar huis heb ik een knoop in mijn maag. Fuck zooi. We hadden de kinderen hier niet mee op mogen zadelen. En waarom moet die tweede klant zich als zo’n ongelofelijke hufter gedragen? De alternatieve kamer was toch geen kartonnen doos? Het was precies hetzelfde niveau in luxe, met sauna en jacuzzi.

Excuses en een gratis ontbijt erbij was een keurige oplossing.

Maar nee, meneer moest stennis gaan lopen maken tegen een kind. Terwijl hij om tien uur aan komt kakken "met zijn date". Wilde zeker even imponeren dat hij het "allemaal wel even zou regelen en zeker niet over zich heen liet lopen." Arrogante dropveter.

Het grootste deel van de frustratie is natuurlijk op mezelf gericht. We hebben te vroeg, te veel van de kinderen verlangd. We kunnen gewoon niet samen een avondje weg zonder dat een volwassenen het thuis overneemt.

Een uur later zijn we thuis.

Het kantoor staat open.

De sleutel zit aan de buitenkant in het slot.

Het reserveringsboek is weg. Die zal nog wel bij de klanten liggen.

Het woonhuis is ook open.

Op de keukentafel ligt de gym- en boekentas van Tom, met zijn jas.

Verder zit alles onder de chocolade. Tom heeft blijkbaar koekjes willen bakken.

In de woonkamer staat een extra muziekbox.

Er ligt ook een hockeystick op de grond met een bal.

Twee lege pizzadozen ernaast.

Ik ga de chocolade overal afpoetsen en de tafel dekken voor morgenvroeg.

Toch nog maar een jaartje wachten, voordat ik de kinderen weer eens de ontvangst laat doen…...


Opmerkingen


© 2024

bottom of page